Het doek toont de schutterscompagnie van de Amsterdamse Wijk II, tussen Damrak en Singel. De schutters met diverse wapens worden afgebeeld bij het verlaten van het schuttersgebouw en het afdalen van enkele treden op een bruggetje. De commandant is kapitein Frans Banninck Cocq, ten voeten uit geportretteerd in deftig zwart met de rode sjerp van zijn rang en een wandelstok. Met een stevig handgebaar onderstreept hij zijn commando, zet zijn stok schrap en begint te lopen. Naast hem zet zijn luitenant Willem van Ruytenburch zich ook in beweging; met in de hand een fraaie lans, een zogenaamde partizaan, naar voren gericht geeft hij de marsrichting aan. Minder prominent zijn de vaandrig (met vaandel), de twee sergeanten (met hellebaard), zes musketiers, vijf piekeniers, drie rondassiers, een zwaarddrager, een tamboerijn, een kruitjongen, twee meisjes (de voorste volgens sommigen een mythologische geest, volgens het Rijksmuseum de mascotte) en enkele niet nader geïdentificeerde personen waarvan alleen de hoofden of helmen zichtbaar zijn. In totaal stonden op het schilderij in originele staat meer dan dertig personen afgebeeld. Bij het afsnijden in of vlak na 1715 verdwenen twee militieleden en een kind.
De schutters demonstreren het behendig vullen van een musket met kruit (de in het rood geklede man links), het afvuren (de man met pofbroek en helm) en het wegblazen van resten niet ontploft kruit uit de pan van het musket (de man achter de linkerschouder van Van Ruytenburch). De tamboer staat klaar om een roffel in te zetten, een hond die omhoog kijkt, de banieren en lansen zijn geheven, en kinderen rennen tussen de schutters rond.
Wapens
Klover: een 16e-eeuws musket, hier zes stuks geheel of gedeeltelijk zichtbaar, vandaar de term ’kloveniers’. Aan de gordel van het meisje in het geel hangt nog een pistool.
Lans van de luitenant (deze lans heet een partizaan): een stokwapen van twee tot drie meter lengte met een platte, ijzeren kling (punt), waar onderaan kleine vleugels of oren zitten. De drager van dit wapen was bij de 17e-eeuwse schutterijen steevast de luitenant.
Lansen: vijftien stuks, meestal in gebruik tegen ruiterij.
Hellebaard: hier afgebeeld in handen van de sergeant (traditioneel de drager van een hellebaard bij schutterijen); dit exemplaar is een fantasiewapen van Rembrandt.
Zwaarden en een dolk, twee pieken
Helmen: enkele helmen, zoals de man pal boven de luitenant, zijn fantasiestukken. Schutters droegen overigens in die tijd geen helmen meer.
Halsbergen en schilden: vier ijzeren halskragen, onder meer de kapitein en de luitenant. Verder een rond en een ovale ijzeren schild.
Opmerkelijke kledingstukken
Een saillant detail is dat de pofbroek en de helm van de figuur die als enige op het schilderij een musket afschiet, uit de jaren negentig van de zestiende eeuw stammen De jas met slitten en slappe hoed van de tamboer hebben een eveneens zestiende-eeuws uiterlijk. Het meisje in het felle licht draagt fantasie-kleding.De kleding van de gardeofficier in rood, aan de linkerkant van het schilderij, geven ook al een zestiende-eeuwse indruk.
Dutch Wood Artist;
Het Beroemdste kunstwerk van de wereld straks in hout met een formaat van bijna 16 m2. Binnenkort gaat Jakko van start met dit uitdagende project.
Volg dit unieke project op de website en Social media.
En meld je aan voor de nieuwsbrief en volg daarmee het hele proces van Jakko Woudenberg op de voet.